Zijn groentewraps automatisch “gezonder” dan gewone tarwewraps? Niet per se. Vaak bestaat een groentewrap vooral uit tarwemeel met een beetje groentepoeder voor kleur. Het echte verschil zit in volkoren, vezels, zout en toevoegingen—dus het etiket vertelt het verhaal.
Wat is het échte verschil?
Veel groentewraps hebben qua calorieën en koolhydraten een vergelijkbaar profiel als gewone wraps. Het groente-aandeel is soms maar enkele procenten, waardoor het voedingsvoordeel beperkt is. Kies liever op basis van “volkoren” en vezels dan op kleurtje of marketing.
Waar let je op in de supermarkt?
- Volkoren eerst: staat “volkoren tarwemeel” als eerste ingrediënt? Pluspunt.
- Vezels: mik op ≥ 6 g vezel per 100 g (of ≥ 3 g per wrap).
- Zout: liever < 1,2 g zout per 100 g.
- Kortere ingrediëntenlijst: minder toevoegingen = beter. Handig: leer etiketten lezen met supermarkt-verkooptrucjes.
Wanneer is een groentewrap wél “beter”?
Als ’ie volkoren is, meer vezels bevat dan je standaard wrap, en niet extra zout/suiker/olie toevoegt. Varianten met peulvruchten- of zadenmeel kunnen ook meer eiwit/vezel geven—check het etiket.
Gezond beleggen (maakt het grootste verschil)
- Basis: groentespread of hummus + veel rauwkost/bladsla.
- Eiwit: kip, tofu, bonen of zalm.
- Smart carbs: houd het licht en vullend—ideeën voor lichter eten vind je bij lichter eten.
- Receptinspiratie: bekijk deze volkoren wraps met hummus als voorbeeld van een vezelrijke, vullende combinatie.
Kort antwoord
Groentewraps zijn niet automatisch gezonder. Kies vooral voor volkoren en hoge vezel, let op zout en houd je beleg simpel en eiwitrijk. Dat bepaalt 90% van het gezondheidsvoordeel—de kleur van de wrap niet.